Rond de ronde in Lierde

Het volledige dossier

 

Karl Vannieuwkerke aan het graf van Emiel Faingnaert
LAUDATIO VAN EMIEL FAINGNAERT DOOR KARL VANNIEUWKERKE

ter gelegenheid van de opening van de tentoonstelling "Emiel Faingnaert en zijn tijd" in de bibliotheek Lierde 20 maart 2007. Een verslag van deze happening  kan je nalezen en een slideshow kan je hier bekijken.

Het was de 10e maart van 1919 dat hij ter wereld kwam. Met de nodige moeite wroette hij zich naar buiten… ‘Nog nen duw’ zal vader moeder ongetwijfeld aangepord hebben. Miel dacht dat de boodschap voor hem bedoeld was en heeft die goeie raad voor de rest van zijn leven meegedragen. Als zijn concurrenten dachten dat hij dood ging, gaf hij nog een duw extra.

Na zijn schooltijd ging Emiel, net als zijn broers overigens, als kalseidelegger aan de slag. Vader en moeder lieten hun kinderen vrij de stiel te kiezen die ze wilden. Alleen moesten ze er niet aan denken wielrenner te worden. En juist die verboden vrucht trok Emiel het meest aan.

Het was zijn zus die hem in 1937 een fiets kocht. De kleine Faingnaert debuteerde met glans bij de beginnelingen. Na zes maanden had hij al 15 eerste 7 tweede en 10 derde plaatsen achter zijn naam.

Zijn grootste kenmerk. De verbetenheid waarmee hij zich in de strijd gooide. Zijn kolossale macht en kracht ook. En zijn eenvoud. Een familietrek.
En als hij dacht dat het niet meer zou lukken, doemde vaders goeie raad altijd weer op. ‘Nog nen duw!

In 1938 moest Miel naar het leger. Daar verspeeld hij kostbare tijd, maar af en toe muisde hij er vanonder in de Antwerpse kazerne om ergens een koers te rijden. Dat leverde hem in 1939 de overwinning in de klassieker Brussel-Hekelgem op.

Toen hij in 1940 beroepsrenner werd, brak verdorie de tweede wereldoorlog uit. Een domper voor de ontwikkeling van zijn carrière. Dat belette Miel niet om in 1940 een echt contract te tekenen, bij fietsenfabrikant Groene Leeuw uit Deinze. Miel drukte de patron één van stevige pollen en waagde zich niet aan grootspraak. Hij toonden zijn blijk van waardering met de pedalen. In zijn eerste koers, een criterium in Kortrijk, was het meteen prijs. Miel Faingnaert won. Een paar dagen later startte hij in het “Criterium der kasseistenen” in Denderleeuw. Het “Criterium der kasseistenen”, als er één man is die dat kon winnen dan wel kasseilegger Emiel Faingnaert. Miel zei in zichzelf: ‘Nog nen duw!’…en hij won!

In zijn derde koers, De grote prijs van Brussel, kwam hij ten val en brak zijn schouder. Zijn eerste profjaar zat erop.

In 1944 had Emiel Faingnaert de eerste na-oorlogse editie van Parijs-Roubaix moeten winnen. Samen met Lucien Vlaeminck en Jules Rossi reed hij voorop toen ze werden opgehouden door…u gelooft het nooit…een gesloten spoorwegovergang. Daardoor kwam een groepje terug aansluiten met daarbij Maurice Desimpelaere die later de eindspurt zou winnen. Miel geraakte ingesloten en kon ‘den laatste duw’ die hij in gedachten had voor één keer niet geven. Hij werd vijfde.

1947, 60 jaar geleden. Miel was achter Albert Sercu tweede geworden in de Omloop Het Volk en trok met een goeie conditie naar De Ronde van Vlaanderen. Hij was niet meteen topfavoriet. Voor de zege werd vooral gedacht aan Briek Schotte, aan Raymond Impanis of aan Albert Sercu.

De eerste wedstrijdhelft werd gekenmerkt door een lange ontsnapping van Marcel Ryckaert die het gezelschap kreeg van Delchambre, Carmellini en Breuer. Maar net voor halfkoers, in Ledegem, werden ze weer gegrepen.

Op weg naar Zottegem ontsnapte het trio Renders, Piot, Beeckman. Ondanks het zware labeur van die laatste kwamen Desmet, Ollivier en Thiëtard nog aansluiten. zodat we zes leiders hadden. Net voorbij Ophasselt ontsnapte Emiel Faingnaert dan met Julien Van Dijcke uit het peloton. Zij hadden wel anderhalve minuut achterstand op de zes vluchters. Voorin lieten Kamiel Beeckman en Valeer Ollivier hun metgezellen in de steek. Tot even verder Valeer Olivier letterlijk van zijn fiets viel van vermoeidheid. Hij kon niet meer.

De Ninovieter Beeckman stond er alleen voor…en Emiel Faingnaert was samen met Roger Desmet en Rik Renders in de tegenaanval gegaan. Op één kilometer van de streep gaf Miel ‘nog nen duw’ en was Beeckman er aan voor de moeite.

En toen kwam de sprint. Miel was snel, maar zijn tube liep verdomme leeg. Nen duw, en nog één…en nog één. En nog een duw, nog eentje. Mieleke, Mieleke, Mieleke wat doe je nu? Emiel Faingnaert wint de Ronde van Vlaanderen van 1947!

Miel bleef tot 1951 deel uitmaken van het wielerpeloton. Nadien trad hij toe tot de wielerclub “Sport & Nering” uit Sint-Martens-Lierde. De Grote Prijs Emiel Faingnaert werd een begrip.

Zijn laatste spurt verloor Miel op 9 mei 1980. Tegen een tegenstander die al veel sterke mensen heeft geveld: een niets ontziende kanker.

Miel was een goed mens. Hartelijk, eenvoudig, ijverig. Een werker. Hij was alles behalve lui. Ik weet niet of het waar is, het is van horen zeggen. Maar naar verluidt is de oprijlaan naar de poort van Sinte-Pieter hierboven ondertussen in kasseien geplaveid. Het werk van Emiel Faingnaert? Miel, het is wel geweest, rust nu maar een beetje…

LIERDE 2007

The place to be

De  HOOGTEPUNTEN van zaterdag 07/04/2007 en zondag 08/04/2007

De klemtoon op zondag 08 april 2007: de doortocht van de Ronde

Het parcours

Twaalf kilometer op grondgebied Lierde

Vijftien minuten wereldsensatie.

De nieuwe helling: de eikenmolenDe Eikenmolen
De nieuwe helling in de Ronde

610 m met een  hoogteverschil van 36meter

MET DE MEDEWERKING VAN ...

Het weekblad De Beiaard

De BEIAARD